- Een kloppende reactievergelijking opstellen en de aggregatietoestanden aangeven.
- Onderstreep de stoffen waarover gegevens bestaan en waarover vragen gesteld worden.
De andere stoffen hoef je niet mee te nemen. Die gegevens worden soms direct, soms indirect gegeven. De berekening doe je alleen met de onderstreepte stoffen.
- Noteer de molverhouding.
Als je kans ziet om een proef ook echt uit te voeren, dan doe je dat het beste
- Waar nodig zet je mol om in de juiste eenheden (zie gegevens en het gevraagde)
- Voer een omrekeningsfactor in om recht te doen aan de werkelijke hoeveelheden, zoals blijkt uit de gegevens.Zo beëindig je de berekening.
- Kontroleer / Schat of de uitkomst reëel is, of zo'n uitkomst in werkelijkheid zou kunnen.
|